In een Koivijver vindt een groot aantal biologische processen plaats die het ecosysteem in balans moeten houden. Vorige keer heb ik de bacteriën besproken en hun grote belang in de afbraak van allerlei afvalstoffen. Nu is het de beurt aan de planten die de door de bacteriën geproduceerde voedingsstoffen weer kunnen benutten. Het hoe en waarom van het plantenfilter.
In de Koiwereld kom je in plaats van plantenfilter ook wel de term ‘helofytenfilter’ tegen. Maar wat is een helofyt nu eigenlijk? Kort gezegd is dat gewoon de wetenschappelijke term voor moerasplant! Officieel is een helofyt een plant waarvan de bladeren en bloeiwijze boven de waterspiegel groeien, maar waarvan de knoppen of wortelstokken zich onder water bevinden. Zo’n plant overleeft dus de winter onder water. Zo’n beetje elke in Nederland voorkomende moerasplant is een helofyt. Om enkele voorbeelden te geven: riet, zegge, lisdodde, waterdrieblad en gele lis.
We weten dat helofyten zich voeden met de stoffen die bacteriën produceren bij de afbraak van afvalstoffen. Als we dan ook weten dat de planten zich voeden via de wortels dan moeten we daar bij de aanleg van een plantenfilter dus rekening mee houden. Om het water zo efficient mogelijk te filteren is het daarom belangrijk wat voor substraat we daarvoor kiezen. Als je bijvoorbeeld klei zou nemen, zouden de planten fantastisch groeien op zich. Alleen als filtersubstraat is het veel te dicht qua structuur. De waterstroom vanuit de (koi)vijver bereikt de wortels van de planten amper. Klei bevat al zoveel voedsel dat de nitraatgehaltes e.d. alleen maar hoger zullen worden! Met als resultaat veel algengroei en slechte groeiresultaten van de Koi. Dat is natuurlijk niet wat we willen! Als geschikt substraat komen zand of vijversubstraat in aanmerking. Als je zand gebruikt is het wel belangrijk dat het water goed voorgefilterd worden, bijv. d.m.v. een zeef. Anders zal het zand veel te snel dichtslibben waardoor de planten slecht zullen groeien, het water slecht gefilterd wordt en dat anaërobe bacterien de overhand krijgen in het filter. Dus vijversubstraat heeft de voorkeur! Kies zeker voor de bovenste lagen niet te grof substraat en het liefst ook afgeronde korrels. Dit laatste geldt alleen als je de planten er af en toe uit wilt halen.
Zoals ik al eerder genoemd had in een vorig artikel over bacterien in de vijver, leven er rond, op en soms ook in de plantenwortels bacterien. Vaak is er sprake van een soort samenwerkingsverband (symbiose), waarvan zowel de plant als de bacterie voordeel hebben. De bacterie zet afvalstoffen om in voedingsstoffen voor de plant, terwijl de plant op zijn beurt dan weer zuurstof of suikers levert aan de bacterie. Het is dus belangrijk dat voor een efficiënte werking van een plantenfilter de bacteriepopulatie ook goed ontwikkeld moet zijn!
Om de werking van het plantenfilter optimaal te houden is het aan te bevelen om de planten regelmatig bij te verzorgen. Al het oude en dode blad verwijderen en zo mogelijk de planten terugsnoeien. Dat terugsnoeien moet minimaal 1 keer per jaar, in de herfst, gebeuren. Sommige snel groeiende soorten kunnen zelfs 2 keer per jaar gesnoeid worden, zoals riet en zegge. Die soorten zijn dan ook erg geschikt voor een helofytenfilter!
Naast een heel scala aan moerasplanten zijn er meer planten die erg nuttig kunnen zijn voor in de vijver, namelijk de ondergedoken waterplanten. Mocht er bij de aanleg van een vijver ruimte voor zijn zou ik altijd een plantenvijver aanbevelen. Die komt dan achter de helofytenfilter en voor de gewone koivijver te liggen. Ook deze planten nemen nutriënten op uit het water en geven overdag ook nog eens zuurstof aan het water. ’s Nachts nemen ze wel zuurstof op maar bij een goede watercirculatie levert dat geen enkel probleem op bij de vissen. Als de planten te veel gaan woekeren kunnen deze ook gewoon uitgedund worden. De koi zullen de stukken plant zeker kunnen waarderen als groenvoer!
Bij de aanleg van een helofytenfilter is er een aantal planten die ik zeker zou aanbevelen vanwege hun snelle groei en daarmee grote capaciteit om stoffen uit het water te halen. Als basis zou ik altijd zegge, riet en gele lis aanbevelen. Om het geheel een beetje op te fleuren zou ik langs de randen soorten als snoekkruid, holpijp, watermunt, waterkers, waterdrieblad en moeras-vergeet-me-niet aanraden.
In een aparte plantenvijver zijn lidsteng, pijlkruid en krabbescheer nuttige planten die relatief ondiep moeten staan. Ze vormen zowel onderwater- als bovenwaterbladeren. voor de diepere delen kun je waterpest, fonteinkruid, moerassterrekroos, hoornblad en vederkruid gebruiken. Bij de bestrijding van draadalg in het voorjaar kunnen soorten als bronmos, sterrekroos en eendekroos van pas komen. Deze soorten groeien namelijk al bij lage temperaturen. Eendekroos is wel een woekerende plant maar deze bevat ook zo’n 35% eiwit waardoor het weer interessante voedingsbron is voor de Koi. En dat maakt de biologische cirkel weer rond.
2 reacties
Hey Bardo,
Wederom bedankt voor een zeer interessante blog over een toch wel minder bekend onderwerp binnen de Koi hobby. Ik ben ook van mening dat voor zowel het technische als het estetische effect, helofyten en andere waterplanten een zeer goede aanvulling voor de vijver kunnen zijn!
Vooral “Bij de bestrijding van draadalg in het voorjaar kunnen soorten als bronmos, sterrekroos en eendekroos van pas komen. Deze soorten groeien namelijk al bij lage temperaturen.” kan voor velen die worstelen met een draadalg probleem wel eens van pas komen.