In deel 1 van ‘De vijver als systeem, maatwerk op de hobbyist’, hebben we een beginnetje gemaakt met het geven van een overzicht van de gevolgen die de keuzemomenten kunnen hebben en de invloed ervan op het conceptbeeld. Nadat gekeken is naar wat je wilt en wat benodigd is aan hardware om dit doel te bereiken, is het de tijd om het ontwerp verder te verpersoonlijken.
“Deze blog heeft niet als doel inzicht te geven in hoe het ultieme systeem gebouwd dient te worden”
Leefstijl: Wat past er bij mij?
Net zoals de rijke diversiteit aan Koivarieteiten, bestaat er binnen de Koihobby ook een rijke diversiteit aan hobbyisten. Ieder met een eigen smaak qua Koisamenstelling en vijverstijl, maar ook qua beleving van de hobby en de beschikbare hoeveelheid tijd/ bereidwillendheid om het systeem te onderhouden.
Bij de keuze voor een bepaald systeem spelen naast locatie praktische redenen als beschikbare ruimte en mogelijkheden tot afwerking, ook procesvoeringseisen een rol. In de zomer met een hoge vuilvracht, kan een meerkamer met een mechanische en een separate beluchte biologische stage (of een nexus) in principe met minder frequent onderhoud toe dan een beadfilter, waarbij een heterotrofe en autotrofe microbiële gemeenschap in directe zin meer invloed op elkaar uitoefenen. Waar een meerkamer een- a tweemaal per week gespoeld kan worden, dient het beadfilter toch wel om de dag gespoeld te worden om een heterotrofe overwoekering, dat een gevaar kan vormen voor het nitrificatie proces, te voorkomen.

Is er überhaupt wel tijd om het filter regelmatig te spoelen, of is het wellicht toch verstandiger een optie te overwegen met wat meer ruimtebeslag, dat minder frequent onderhoud behoeft? Een nexus of een zelfbouw statisch bed is ook prima te spoelen voor mensen met smeervrees. Het systeem kan bovendien gravity worden opgesteld met een minder energiebehoevende pomp. Je kunt er zelfs een airliftsysteem voor maken. Zo combineer je de voordelen van een beadfilter met de energiezuinigheid van conventionele gravity systemen. Om gewoon maar even van een idee te spreken.
“Ook de factor leeftijd en fysieke gesteldheid mag niet vergeten worden in het ontwerp.”
Je kunt bovendien door gebruik te maken van een slimme filterindeling, gecombineerd met een tactisch gebruik van filtermaterialen besparen op een uv-lamp. Maar goed, daar kom ik later nog wel een keertje op terug. In principe zijn de mogelijkheden eindeloos, maar je kunt al een mooie voorselectie maken door te kijken naar je persoonlijke leefstijl qua tijd, mate van smeervrees en de wijze van procesvoering die de zogenaamde ‘microbieel gemengde’ of juist ‘microbieel gescheiden’ systemen vereisen. Om het zo maar even kort door de bocht te benoemen.

In de reeks artikelen van Jan de Kock over de biofilm kun je hier genoeg informatie over vinden, maar ik wil daar graag nog eens een blog aan wijden, aangezien ik dit persoonlijk ontzettend interessant vind. Ook de factor leeftijd en fysieke gesteldheid mag niet vergeten worden in het ontwerp. Voor mensen in een rolstoel kan het hebben van een gravity drainput in combinatie met een pompgevoed meerkamerfilter het mogelijk maken dat het systeem zelfstandig onderhouden kan worden. Ik heb wel eens een voorbeeld gezien waarbij een afgewerkt pompgevoed meerkamerfilter prima als stuk tuinmeubilair kon worden ingezet en toegankelijk bleef voor onderhoud.
“Wat deze blog wel als doel heeft is om aan te zetten tot nadenken.”
Van globaal ontwerp naar een persoonlijk ontwerp op maat
Je bent nu al in een fase aanbeland waarin je al een mooi conceptbeeld voor ogen hebt van wat het naar aanleiding van jouw verwachtingen, eisen en leefstijl moet gaan worden. Het primaire en het lopende budget zullen vervolgens de dienst uit maken als het gaat om de schaalgrootte waarin het systeem wordt vormgegeven. Persoonlijk hanteer ik de lopende kosten als leidraad als het gaat om de dimensionering van het syteem, aangezien deze kosten maandelijks terugkeren en op de lange termijn bepalend zullen zijn voor de voortzetting van de hobby. Een hogere primaire investering in energiezuinigere apparatuur zal de lopende kosten kunnen inperken, wat op de lange termijn meer plezier zal geven en ook het draagvlak voor de hobby bij het thuisfront zal verhogen. Kortom: Het gaat om stroom, voer en water. Over voer gesproken, iedereen heeft zo persoonlijk zijn of haar merk waar de hobbyist een goed gevoel bij heeft. Globaal kun je wel zeggen dat goedkoop duurkoop is als het gaat om de waterkwaliteit. Dan maar een duurder voertje wat beter verteerd, zo pak ik het vervuilingsprobleem bij de bron aan. Het gehele denkproces is wederom schematisch weergegeven in figuur 2.
De moraal van het verhaal
Deze blog heeft niet als doel inzicht te geven in hoe het ultieme systeem gebouwd dient te worden. De definitie van het ultieme systeem is immers per hobbyist verschillend. Het heeft ook niet als doel frequent beschreven factoren ten aanzien van de bouw nogmaals onder de aandacht te brengen. Dit is al veelvuldig gedaan in diverse koiboeken en magazines. Wat deze blog wel als doel heeft is om aan te zetten tot nadenken. Wat is het beste voor mij als hobbyist, voor mij als individu? Juist de persoonsgebonden factor is naar mijn bescheiden mening nog niet expliciet onder de aandacht gebracht. Wat bij de een als correct wordt ervaren, kan bij een ander als onpraktisch worden bestempeld. Een vijver moet in de basis goed functioneren, maar de vorm waaraan dit tot invulling wordt gebracht is volkomen subjectief. Het ene filter is in principe ook niet beter dan het andere, maar kan wellicht beter bij de eisen, verwachtingen en leefstijl van een hobbyist passen. Het sleutelwoord hierin is dus wederom maatwerk.
1 reactie
Mooi geschreven Patrick!
Goed verhaal.
Greetz J@@P