Johnny Lievens is de gelukkige die zijn prijzenkast aan mag vullen met die felbegeerde titel, de hoogste eer haalbaar op een Koi show die voor maar weinig mensen is weg gelegd, de Grand Champion. Dat is een feit, maar terwijl kuierend op de kruistocht van kennis stuitten we op de 2e dag van de Holland Koi Show toch nog op ver uiteenlopende meningen onder de critici. Had die ene Sanke, met alle respect, wel mogen winnen van die andere die met 92 cm gewoon even 15 centimeters langer aan de lat is; en welke rol is de Supreme Champion of de andere concurrenten hierin toebedeeld…
Allereerst is het best logisch dat men twijfelt of de te kronen Koi wel een Grand Champion titel mag dragen, niet omdat de Koi niet mooi genoeg zou zijn of de kwalitatieve eigenschappen zou missen, maar simpelweg vanwege zijn geringe lengte en lichaamsbouw. Met slechts zo’n 77 cm is zij immers de kleinste GC in Europa in jaren. Doorgaans heeft deze vis een lengte van minstens 80 en vaak zelfs 85cm. Alhowel begrip voor het jury oordeel, blijft er aan het eind van een technische beschouwing toch het gevoel over of deze Grand Champion wel over de bijpassende allure beschikt.
Als we dan kijken naar de concurrentie, bestaat deze eigenlijk uit een drietal Sanke en een Kohaku. De Sanke, bestonden ondermeer uit de Grand Champion van de Euregio Koi Show van dit jaar, de eerder genoemde driekleur genaamd Shira Yuki van 92cm en de Sanke van Jeroen van Keulen, welke gekroond werd tot Supreme Champion. De Kohaku die eventueel in aanmerking zou komen flankeerde Shira Yuki in vat 70.
De geluiden, kritisch, maar wel vol van respect, weifelen aan de kwaliteit van het hi op het staartstuk van de GC, de vermeende fout in de lichaamsbouw van Shira Yuki, maar ook aan de Supreme Champion, want was er misschien niet een andere Kohaku die nog beter was? En wat te denken van de Sanke die de titel op Oldenzaal pakte, wat was haar tekortkoming deze rit. Critici waren allemaal een andere mening toegedaan omtrent deze vissen.
Vandaag krijgen we hopelijk op al deze vragen een antwoord. Bij het ter publicatie gaan van dit artikel maken wij onze gang naar het showterrein, alwaar we enkele vde Japanse en enkele andere juryleden aan de tand zullen voelen. Het volledige interview zal te lezen zijn in het magazine ‘KOI’ van de Nishikigoi Vereniging Nederland (NVN).