Onze hobby begint en eindigd met de Kohaku. Dit is een uitspraak die elke hobbyist weleens ergens is tegen gekomen. Dit is gebasseerd op het feit dat deze variëteit vaak een van de eerste Koi is waar men kennis mee maakt. Vervolgens komt men tot de ontdekking dat de wereld van Nishikigoi een waaier van kleuren biedt die men allemaal wil hebben zwemmen. Daarna, als men de hobby steeds meer in zijn werkelijke essentie begint te zien, zullen ze uiteindelijk weer uitkomen bij de Kohaku.
Dat is niet zomaar een lukrake gedachte, maar een weldoordrongen feit in de beleving van KoiKichi. Waarom? Het houden van Koi is meer dan een hobby. Voor degene die zich ervoor openstelt en oprecht geïnteresseerd is in Nishikigoi, zal zich een filosofie openbaren. De meer ervaren hobbyist zal zich erin herkennen;
‘Je eigen smaak zal langzaam maar zeker dichter bij de showstandaard komen te liggen.’
Je eigen smaak zal langzaam maar zeker dichter bij de showstandaard komen te liggen. Dat komt omdat deze wel degelijk ergens op gestoeld is. Schoonheid ligt niet alleen in de Koi zelf, in het zicht- en in het tastbare, maar evenzo in de historie, de symboliek, de achterliggende gedachte en de bezieling van jezelf. Alhoewel een leek je voor gek zal verklaren, leert het houden van Koi je dichter bij jezelf te komen en wat er echt toe doet. Bewust. Kwaliteit boven kwantiteit, gratie in eenvoud. Balans, rust en ruimte…
Nu kan ik hier legio Kohaku laten zien, maar ik laat het slechts bij eentje. Een Kohaku die mij persoonlijk al langere tijd bekoort. Een Yammamatsu Tosai Kohaku van 36 cm. Zoals gewoonlijk kan ik de hele Koi met je doornemen. In plaats daarvan wil ik je vragen gewoon eens naar deze Koi te kijken en het filmpje niet één, niet twee, maar een keer of drie af te spelen en te kijken naar wat er echt toe doet. Naar aanleiding van alleen de foto was ik weinig onder de indruk. Tussen al die regels door waaraan je kwaliteit kunt herkennen huist namelijk een gevoel of intuïtie. Vorm eerst een mening over de Kohaku naar aanleiding van het filmpje en lees pas daarna verder.
Dit is overigens geen verkooppraatje voor deze Koi, nee, de dealer heeft er zelfs geen weet van, maar het is voor mij wel opmerkelijk dat deze Kohaku nog niet is verkocht, daar waar veel van haar zusjes dat al wel zijn. Natuurlijk is het erg veel geld voor een Koi van dit formaat, maar voor zover ik weet zijn deze foto en film al een seizoen oud en waarschijnlijk zal deze binnenkort worden geoogst. Voor mij is dit de Kashira (beste Koi van een bepaale groep) van de Koi destijds aangeschaft door deze dealer. Ik voorspel dat deze Koi dan al zeker meer tot de verbeelding zal spreken, maar ook dat zij nog zeker 3, maar waarschijnlijk wel 4 tot 6 jaar nodig heeft om haar ware schoonheid te openbaren. Om eea te concretiseren zonder al te vaag te blijven, wil ik toch een aantal kenmerken van deze Koi doornemen die mij de kwaliteit van deze Kohaku doen verraden.
‘Het Skelet draagt de Body, niet andersom!’
Op het filmpje valt mij meteen op dat de Koi een mooie grote en brede bek heeft, dat is belangrijk, want zo kan de Koi zich goed laten gelden in de strijd om het voer. Goed eten is goed groeien, it’s as simple as that. Het belangrijkste echter en hetgeen waarvan ik hoop dat jullie dit, bewust of onbewust, hebben opgemerkt, is de bouw. Niet enkel de huidige vorm, die afhankelijk van het voederregime nogal kan fluctueren, maar terwijl het diertje zwemt, kun je de botstructuur, de bouw van het skelet herkennen. Deze is nu al, onlangs de ranke torpedovorm die bij deze leeftijd hoort, in één woord ‘krachtig’ te noemen. Moeilijk uit te leggen, maar probeer het eens te zien wanneer de Koi zijn staart beweegt. Dit zijn dus twee verschillende dingen. Het skelet ‘draagt’ de body, niet andersom.  Momenteel ben ik gebezigd mij verder te verdiepen in het skelet van de Koi. Hier zal ik dus op later uitgebreid op terug komen.
Dan het pigment. Wanneer je een algemene beoordeling moet maken van het hi van deze Koi, dan is zij reeds mooi rood, maar wanneer je de foto sterk inzoomt, dan zie je dat de kern van de schub, een klein horizontaal streepje, veel roder is. Dit komt doordat de vis groeit. De pigmentcel wordt hierdoor uitgerekt. Om deze reden wordt een te sterke groei ook afgeraden. Je kunt de pigmentcel namelijk letterlijk kapot trekken. Een vrouw wordt ook vaak niet ongestraft gelaten wanneer haar buik te snel groeit gedurende de zwangerschap…
‘Het pigment dient goed te worden onderhouden’
Wanneer bijvoorbeeld een voerstop wordt ingelast, trekt het pigment zich weer samen. Een tweede manier is om de pigmentcel te voeden. Dit kan middels nutriënten, maar ook zonlicht (vitamine D) en niet te onderschatten fytoplankton, zorgen ervoor dat het pigment van de Koi onderhouden wordt. Doe je dit niet, dan heb je een hele mooie vis voor hooguit anderhalf jaar, maar daarna zal de Koi nooit meer dezelfde zijn. Deze Koi heeft ten tijde van de foto waarschijnlijk in een Koihuis verbleven en was ook wel toe aan de mudpound mijn inziens. Het hi oogt namelijk enigzins ‘hard’. Hoever je kunt gaan is genetisch bepaald. Een kweker zal dus altijd trachten een sterk vererfbaar pigment door te zetten in zijn bloedlijn. Goed vererfbaar rood is overigens niet per definitie het rood van een showkoi om het lekker ingewikkeld te maken.
Het meest gevoelige onderwerp aangaande deze Koi heb ik bewaard voor het eind. Het patroon. Voorop gesteld dat het zeker niet het patroon is geweest die mijn interesse heeft gewekt,  is het nader bekeken juist wel dit patroon dat deze Koi één uit miljoenen maakt. Uniek. Alhoewel nu nog niet erg sierend, zal dit zeker wel zo zijn wanneer de Koi is verdubbeld in lengte en verdrievoudigd in breedte. Het interessante van deze Koi is ook meteen het gevaarlijke. Deze Koi kent namelijk een aantal zogenaamde breekpunten in het patroon. Blijft het één patroon of breekt zij op meerdere plekken open? De plaatsen waar het patroon zich in stappen kan gaan delen worden gekenmerkt door het shiroji (witte huid) dat vanaf de buikzijde in de patronen snijd. Dit noemen we Kirekomi. Omdat de Koi groeit vanuit de buik wanneer zij in volume toeneemt, zal het patroon steeds meer op de rug komen te liggen. Ook in de lengte zullen er nieuwe schubben ten tonele komen. Ik sluit niet uit dat het hiban (rode patroon), hoe onwaarschijnlijk ook, zowel op de shouder als ter hoogte van de rugvin zal breken. Ook achter het hoofd kan de koi, wanneer de Taiko (hoogte van de Koi, vanaf bovenop de rug tot aan de buik) toe zal nemen en de Koi meer van zijn daadwerkelijke groeipotentie zal verraden. De Taiko zet namelijk in achter het hoofd wanneer de Kohaku een jaar of drie is, bij showa gebeurt dit vaak al eerder. De kwaliteit van het pigment zal bepalen of het hi in deze gebieden, het sashi en het kiwa, niet zal conflicteren.
Om mijn afkomst maar niet te verloochenen en zoals de hobby met de Kohaku begint, sluit ik deze blog met een minpuntje aan dat zich aan het eind van deze duocolor bevind. Jammer van het laatste patroon op de obachi (bovenzijde ozutsu). De afwezigheid van het aldaar gesitueerde hi had een goede odome (eind (kiwa) van het laatste patroon) en daarmee een mooie ojime (shiroji tussen odome en staartaanzet) nagelaten. Dit doet de staart groter en krachtiger ogen. Het enige wat Toshyaki Sakai (Yammamatsu Koi Farm) hoeft doen, is deze vis boven de 80 cm brengen, dan maakt ook dat niet meer uit en is het onze bezieling wat rest…. 😉
Ik hoop de vis in de toekomst nog eens terug te kunnen laten zien.