Het houden van Koi is populair over de hele wereld. Niet alleen in de westerse wereld wordt zij gebruikt als ontvluchting van een druk bestaan, maar in vele culturen en steden is het houden van Koi een niet weg te denken hobby voor tienduizenden mensen. Zo ook in de hoofdstad van Thailand, Bangkok. Daar woont Chumpol Sriyapai, fervent hobbyist en ZNA judge. Chumpol is uiterst leergierig en wilde graag met ons de ontwikkeling van een Koi delen die hij heeft gevolgd. Het betreft een Kujaku afkomstig van de Yagenji Koi farm welke hij volgde vanaf 15 cm bij aankoop, tot de huidige lengte van de vis die volgens de meetbak op 67 cm ligt…
Op deze foto is de 15 cm grote Kujaku onverbloemd in zijn charme en het laat niet veel te raden over waarom Chumpol-san voor deze Koi is gevallen. De Kujaku heeft namelijk een erg mooi verdeeld en tegelijkertijd ook heel speels patroon dat voldoende aanwezig is. Het is moeilijk om Kujaku te vinden die over een erg mooi patroon beschikken zoals dat van de Kohaku.
Met de lichaamsbouw is zo op het oog helemaal niets mis en loopt vanaf een groot en lang hoofd geleidelijk doch ferm naar achteren tot de staartvin. Er is nergens een inval of vetaanzet te zien wat verklapt dat de vis zijn energie omzet in de juiste groei.
Een der belangrijkste elementen van een Kujaku echter, is het dennenappelpatroon (matsuba). We zien nu al duidelijk dat de inkleuring van de schubben niet feilloos is. Er zitten onregelmatigheden in het schubbenkleed en niet alle schubben zijn ingekleurd. Op dit moment is het eigenlijk nog niet zo heel erg storend, maar wanneer de vis groter wordt zal het matsubapatroon steeds meer de aandacht opeisen en is het belangrijk dat het schubbenkleed netjes is verdeeld, in één lijn ligt en goed ingekleurd is. Elke mankementje brengt een smet op het blazoen van de Japanse pauw (Kujaku).
Als Hikari varieteit is het belangrijk dat er een goede metalieke huid op zit. Dit is het meest moeilijke om te kunnen herkennen. KoiQuest schreef hier al eens een aantal artikelen omtrent het herkennen van de huidkwaliteit bij Kujaku. Bij dit exemplaar is het wel te zien aan met name de ruglijn voor de rugvin en in de borstvinnen, maar liever nog zagen we de fonkelingen ook terug op vooral het hoofd en over het verdere schubbenkleed. Wel goed dus, maar niet super.
Op de tweede foto is de Kujaku gegroeid tot inmiddels 35 cm en daarmee meer dan twee keer zo groot geworden. Wat opvalt is dat het patroon bijzonder stabiel is gebleven gedurende deze groei. Je kunt inmiddels zien dat de body is toegenomen. Hierdoor komt het prachtige patroon nog beter tot uiting en Chumpol-san heeft inmiddels vastgesteld dat we met een vrouwtje van doen hebben, zoals deze bouw ook doet verraden. Als we de foto vergelijken met de vorige valt ook op dat de intensiteit van het hi is afgenomen. Op dit punt in de ontwikkeling doet me dat deugd. Het meer zachte beni op deze Kujaku zal zich flexibeler tonen wanneer de vis verder groeit. De randen van het beni op het hoofd doet wel wat vaag aan zoals ook al bij de eerste foto en er zijn kleine inkepingen te zien. Dit is geen positief signaal. Er is echter geen terugtrekking te bekennen van het hi ten opzichte van de eerste foto.
Met 47 cm aan de lat is het inmiddels ontegenzeggelijk een vrouwelijke Koi. Met de foto lichtelijk van de zijkant genomen is goed te zien dat de vis hier kuit met zich draagt. Het probleem blijft onveranderd mooi en zelfs de vage omheining op het hoofd is stabiel. SDe huidkwaliteit terug te zien op de ruglijn. Kijken we langs deze ruglijn dan wordt inmiddels duidelijk dat het steeds storender wordt dat de Kujaku geen volledig matsuba-patroon kent. Juist in deze hi-spot, dat het meest belangrijke deel van het patroon vormt, zou dit niet mogen ontbreken. We zien hier ook duidelijk het kuchibeni (lippenstift) present.
Op deze laatste foto is de Kujaku inmiddels 67 cm en alhoewel de Koi er nu slanker uit ziet dan op de vorige foto, moet je je wel indenken dat de Koi 20 cm groter is en daarbij hoort ook de nodige breedtegroei. Direct valt op dat het hi is gaan finishen en het hoofdpatroon is, inclusief de randen, dieper gekleurd. De inkepingen echter, zijn wel goed zichtbaar, maar weer is het patroon overanderd en wanneer vergeleken met de eerste foto is deze buitengewoon stabiel gebleven. Dit geldt voor alle aspecten van de Koi. De bouw is ferm gebleven, de charme onaangetast. Helaas zijn ook de minpunten zoals de onregelmatige schubben en het ontbrekende matsuba-patroon onaangetast gebleven. Het rood in de borstvin dat zichtbaar is op de eerste foto is niet meer zichtbaar. Het is er nog wel, maar nu de vis breder wordt, komt de aanzet van de borstvin relatief meer onder het lichaam te liggen. Hiermee wordt ook meteen duidelijk dat grote borstvinnen een must zijn om bij deze lengtes stabiliteit en balans te geven aan de body.
1 reactie
Hopelijk ontwikkeld mijn Kujaku zich ook zo!!
Greetz J@@P