ERIC, oldschool or not?
Tijdens de Polentrip van 2015 was een van de meest opmerkelijke momenten dat we Peter Waddington ontmoetten op de trap voor de zo onmiskenbare villa op het terrein van de Yoshikigoi Koifarm. Alhoewel de discussie na enige reisuren en meteen twee shots wodka meteen over Koi ging, wist ik meteen al dat ik met hem de volgende dag wilde praten over zijn kijk op filtratie en de filosofie achter zijn ERIC filtersysteem.
ERIC is een afkorting dat staat voor Endless River In Concrete en lijkt op het eerste ogenblik op een doodgewoon kamerfilter. Achter dit systeem blijkt echter een geheel andere visie te zitten, namelijk dat van een compleet horizontaal verdeeld flowpatroon, versus het upflow principe waarmee de oude bekende meerkamerfilters werken.
Toen ik met Peter Waddington aan tafel zat vertelde hij me dat water het liefst horizontaal stroomt, net zoals rivieren en dat er veel kortsluitstromingen plaatsvinden in diverse andere filters. Met het laatste ben ik het absoluut eens. Vanwege deze redenen is getracht een zo goed mogelijk horizontale flowverdeling te creëren middels het aanbrengen van spatplaten in het filter.
Het water wordt middels de spatplaat verdeeld, voordat het water naar de borstelcassette wordt geleidt. Het water beweegt volgens het ideaalbeeld van Peter als een blok door het filter, zonder sprake van voorkeursstromingen. Door de mattenblokken in de lengterichting te plaatsen en te beluchten, komt het water als een horizontaal front zoveel mogelijk in contact met het filtermedium.
Nu kennen we van zijn films dat Peter heel romantisch kan vertellen als het op Koi aankomt. Datzelfde deed hij die dag weer. Aangezien ik bij vlagen romantisch kan zijn (hebben jullie nog niet meegemaakt) (is echt waar red.!!), vergeleek ik zijn visie met die van een MBBR.
Een Moving Bed Biofilm Reactor. Hier wordt door middel van luchtinbreng voornamelijk turbulentie aangebracht zodat het filtermedium in contact komt met het water en sprake is van een gewenste mengingen het filtermedium voldoende ‘shear’ krijgt om de ontwikkeling van inefficientie ‘paddestoel- achtige’ biofilms tegen te gaan. Van mijn opmerking werd respectvol afgeweken naar de testopstelling op de Yoshikigoi farm, die we de volgende morgen zouden aanschouwen. Maar hoe is het ERIC concept eigenlijk ontwikkeld?
De voorlopers van de ERIC`s dateren van 25 jaar geleden en zijn eigenlijk zelfbouwmodellen, waarbij het principe van horizontale flow werd gehanteerd. Sinds 2009 kwam de term ERIC ter sprake, waarbij updates hebben plaatsgevonden in de vorm van een borstelcassette en beluchting onder de mattencassette`s in plaats van tussen de mattencassetes in. Sinds 2015 zijn ook pompgevoede ERIC`s verkrijgbaar met een ‘nieuwe voorbezinkstap’ en het doet me dan ook meteen afvragen hoe de positie van dit filter in de markt ligt versus het hedendaagse trommelfilter en moving bed biofilm reactor (MBBR) geweld.
Vanuit de visie van dit systeem dient een enkel ERIC filter per bodemdrain te worden geïnstalleerd, aangezien meerdere drains op een enkel filter altijd gepaard gaat met voorkeursstromingen. Dit klopt, maar kan naar mijn mening ondervangen worden door een goed vijverontwerp.
Zo zou je ook drie identieke drainlijnen kunnen plaatsen qua bochten en strekkende meters pijp. Het verschil in flow bij reeds bestaande systemen zou je kunnen compenseren door alle drains om de dag even goed door te spoelen. Want een enkel filter per drain wordt niet alleen duur in aanschaf qua filters en separate pompen, maar kost bovendien erg veel ruimte.
Er dient een enkele ERIC per bodemdrain te worden geïnstalleerd.
Wat ik wel goed vind aan deze vorm van kamerfiltratie is dat de filters ondiep zijn uitgevoerd, zodat het volledig drainen van het systeem tijden het spoelen niet meteen hoeft te resulteren in het langdurig uitschakelen van de gravitair gevoede filterlijn, eer deze weer kan worden ingeschakeld.
Drainage van de units gaat snel middels de 110 mm vuilaflaat dat middels een standpijp wordt bediend. De hydraulische capaciteit van de filters liggen echter laag, daar bij hogere capaciteit meer vuil door de borstelkamers wordt getrokken, hetgeen niet bevorderlijk is voor het nitrificatieproces, daar de heterotrofen de nitrificeerders beconcurreren om filteroppervlak en opgelost zuurstof.
Ikzelf heb het water het liefst zo snel mogelijk door mijn bioloog, zodat er voldoende shear optreedt en de stagnante waterlaag tussen de waterfase en de biofilm tot een minimum wordt beperkt. Maar ik begrijp dat in het ontwerp een concessie moet worden gedaan wanneer je mechanische filtratie en biologische filtratie combineert.
De basisgedachte achter dit filter is denk ik ook het feit dat vuil zo efficiënt mogelijk wordt afgevoerd. Daar we door goede systeemhygiëne toe te passen ophoping van organisch materiaal en eventuele problemen zoals hikui willen voorkomen. Wie dieren houdt moet immers poep ruimen. De charme van de nostalgische kamerfilters is juist dat je ziet hoe het vuil in je filter eruit ziet en of de Koi een ‘gezond poepje’ hebben of een ‘minder gezond poepje’. Juist dit aspect van gezondheidsmonitoring is de laatste jaren wel verminderd met de komst van de semi automatische tot vol PLC gestuurde trommelfilters en is iets wat bij een ERIC automatisch meer aandacht krijgt.
Ik ben iemand die sterk de voorkeur heeft voor de gecombineerde statisch bed / MBBR systemen, maar ben vanuit mijn oldschool zelfbouw verleden nog altijd verliefd op het kamerfilterprincipe. Voor de romantische nostalgen onder ons heeft de ERIC dan ook zeker een plaatsje.Daarnaast vond ik het geweldig om over filtratie te sparren met de man die de Koi naar Europa heeft gehaald. Ook al waren we het niet altijd met elkaar eens, hij spreekt met passie en heeft mijn diepste respect.