Elke Koiliefhebber komt ze vroeg of laat wel een keertje tegen, parasieten die zich op de huid of kieuwen van de Koi vestigen. Vaak veroorzaken ze behoorlijk wat irritatie, met lelijke en ontstekende plekken tot gevolg. Ik heb het in dit artikel met name over ectoparasieten die je met het blote oog kunt waarnemen. Vrij vertaald zijn dit organismen die hun voedingsstoffen onttrekken aan een ander organisme (parasiet) en zich aan de buitenkant van het (gastheer)organisme bevinden (ecto = buiten). In de regel verzwakken parasieten hun gastheer, maar niet zodanig dat de gastheer sterft. Bij koi uit dit zich vaak in schuren/springen maar ook een (verder) verminderde weerstand tegen allerlei andere ziekteverwekkers.
Houdt er rekening mee dat er nog meer in de vijver zitten maar die zich nog in een andere ontwikkelingsfase bevinden.
De levenswijze van bekende soorten als karperluis (Argulus sp.), ankerworm (Lernaea sp.) en visbloedzuiger (Piscicola sp. ) is zodanig aangepast aan die van de gastheer (o.a .koi ) dat ze precies op het juiste moment kunnen toeslaan. Het uitkomen van de eieren, het moment van voortplanten en de wijze waarop de gastheer wordt gevonden spelen hier een rol in.
Ten eerste de wijze van bevestiging op de huid van de gastheer. Wat al deze parasieten gemeen hebben is dat ze zich met vastzetten met hun poten en/of monddelen. Daarna banen ze zich een weg door de huid heen om zich te kunnen voeden met het bloed of slijm van de gastheer. Daar beginnen de echte problemen voor de vis. Er ontstaan dan vaak irritaties, bloedingen en ontstekingen. Ook kunnen er secundiare infecties met microscopisch kleine parasieten die de vis verder kunnen ziek maken of verzwakken. Vergelijk dit met de malariamug die op deze wijze malaria overbrengt van mens tot mens. De mug fungeert dan als een zgn. vector voor de malariaparasiet (Plasmodium). Een parasitaire infectie is natuurlijk niet wenselijk in een vijver, want de parasieten kunnen door de beperkte ruimte en hoge visdichtheid zich snel verspreiden onder de vissen. Omdat ectoparasieten zich zich erg stevig in de huid kunnen verankeren zijn ze moeilijk kwijt te raken voor de vis.
Wat al deze parasieten gemeen hebben is dat ze zich met vastzetten met hun poten en/of monddelen
Ten tweede, het uitkomen van de eieren en het vinden van de gastheer. Bij karperluis komen de eieren bijvoorbeeld vooral uit tijdens een piek eind voorjaar/begin zomer , maar een deel van de eieren komt pas later in het seizoen uit. Door deze spreiding is de kans het grootst dat in ieder geval een deel van karperluizen een gastheer vindt. De in dit artikel genoemde parasieten hebben allemaal verschillende (larvale) ontwikkelingsstadia. En omdat niet alle stadia even gevoelig zijn voor medicatie, is het moeilijk om in één keer de hele populatie uit de vijver te krijgen. Soms lijkt de parasiet verdwenen, maar is het dus nog niet en steekt de kop weer op als de omstandigheden gunstig zijn.
Als laatste de wijze van voortplanten. Zoals gezegd hebben karperluizen, ankerwormen en visbloedzuigers meerdere ontwikkelingsstadia. De volwassen ankerworm-vrouwtjes zijn parasitair tot de eieren zijn ontwikkeld. Dan laten ze de eitjes los in het water en blijven zelf op de gastheer zitten. Karperluizen en bloedzuigers verlaten de gastheer om de eieren af te zetten op bijvoorbeeld waterplanten of stenen. Ze moeten dan maar hopen dat er weer een(nieuwe) gastheer langskomt. Anders verhongeren ze natuurlijk. De jonge larven zullen dan uitkomen na een bepaalde tijd en zich eerst als niet-parasitair larfje verder ontwikkelen. In principe bereiken ze het (eerste) parasitaire stadium als de kans op een voorbij zwemmende gastheer het grootst is. Dat is meestal de paaitijd, want zwemmen de vissen massaal in ondiep water tussen de waterplanten. En dat is precies de plek waar de parasieten zich ophouden. In de vijver is dat niet altijd aanwezig, maar worden de eieren van de parasieten vaak afgezet in het bezinksel of de vijverrand. En in een kleine ruimte komen de vissen natuurlijk constant langs. Ankerwormen zijn nog lastiger want de larven zijn vrijzwemmend en kunnen zich dus overal in het water bevinden.
Wat nu verder de beste methoden zijn om parasieten te verwijderen uit de vijver laat ik even in het midden. Mocht je een enkele parasiet tegenkomen op een koi, hoeft dat niet meteen een ramp te zijn. Maar wel zo snel mogelijk de parasiet verwijderen (met een pincet), voordat deze zich kan voortplanten. En houdt er rekening mee dat er nog meer in de vijver zitten maar die zich nog in een andere ontwikkelingsfase bevinden.
5 reacties
Erg interessant Bardo!
Afgelopen seizoen heb ik voor het eerst een ervaring met ankerwormen gehad. Het gevaar van een dergelijke zichtbare parasiet is dat je niet verder gaat kijken… Je vis schuurt en voelt zich niet prettig, je ziet deze parasiet en je denkt de oorzaak gevonden te hebben. Dat is niet altijd waar!!!
Bij een kohaku die ik vorig jaar kocht, zag ik in mijn q-bak ineens de ankerwormen zitten. Als ik toen een afstrijkje had gemaakt had ik gezien dat de verzwakte vis ook last had van Costia en had ie misschien nog geleefd.
Helder en duidelijk verhaal Bardo.
Het zal weer een hoop leed schelen onder de Koi-liefhebbers dit jaar!
Hé grappig, die foto van die karperluis komt me erg bekend voor 🙂
Joop
Als je de foto aanklikt zie je ook waarom Joop 🙂